Felix en Floor ontdekken waterstof
Kinderverhaal deel 8
‘Eh, Felix ... is dat wel slim?’ Floor kijkt wantrouwend naar haar broer. In vaders werkplaats houdt Felix een vlammetje bij een spuitbus deodorant. ‘Ja joh, er kan toch niks gebeuren’, grinnikt hij stoer. Maar hij is nauwelijks uitgepraat of een steekvlam zet de gordijnen in de fik. Poes Kaatje rent als een haas de werkplaats uit. Verschrikt kijkt de tweeling elkaar aan. ‘Blussen!’, gilt Felix en hij kijkt in het rond. Zijn oog valt op een blauwe tank in de hoek van de werkplaats. ‘WATERSTOF’ staat er in grote letters op. ‘Kijk, dat moeten we hebben.’
Dan zwaait de deur van de werkplaats open. Vader kijkt heel even met grote ogen naar het vuur. Daarna grijpt hij vliegensvlug een brandblusser van onder de werkbank, en blust het vuur met een laag wit schuim. Woedend kijkt hij de kinderen aan. Oei, zó kijkt hij bijna nooit, denkt Floor. ‘Spelen met vuur is hartstikke gevaarlijk’, zegt vader boos. ‘Maar het proberen te blussen met wáterstof? Dat is nog tien keer zo erg!’ Schuldbewust kijkt Felix naar de grond. ‘Sorry’, mompelt hij. ‘Ik dacht dat het een soort water was.’
Vader gaat zitten. ‘Waterstof is géén water’, legt hij de tweeling uit. ‘Het ontstaat als je alle zuurstof uit normaal water haalt. Dan krijg je een soort gas. Sommige mensen noemen het de energie van de toekomst. Ik doe er zelf proefjes mee. Je kunt een auto op waterstof laten rijden, maar ook het huis ermee verwarmen. Of ermee koken. Waterstof is veel schoner dan aardgas, want als je het goed maakt, zorgt het niet voor vieze uitstoot . Maar ... het kan net als aardgas ontploffen als je niet goed uitkijkt.’
Verschrikt kijkt de tweeling vader aan. Ze zijn aan een ramp ontsnapt. Ineens lichten de ogen van Felix op. ‘Hé, weet je nog van die skelterwedstrijd volgende week?’, vraagt hij. ‘Jeroen uit mijn klas heeft al drie keer gewonnen. Ik wil hem nu echt een keer verslaan. Kan dat misschien met die waterstof?’ Vader lacht. ‘Dat gaan we samen proberen!’, roept hij.
Die week zijn vader en Felix na schooltijd druk bezig in de werkplaats. Ze doen er heel geheimzinnig over. Mama en Floor kijken elkaar vaak hoofdschuddend aan. Als de dag van de wedstrijd is aangebroken, blijkt de skelter van Felix er heel anders uit te zien dan eerst. Met een motortje achterop en een fles waterstof ernaast. Felix en vader geven elkaar een high five en vertrekken breed lachend naar de wedstrijd.
Een uur later gaat de deurbel. Kletsnat en stinkend naar modder staat Felix in de deuropening. ‘Wat is er gebeurd?’, roept moeder. Felix kijkt sip. ‘We gingen zó hard! Maar na de finish kon ik niet genoeg remmen en ben ik zo de sloot in gereden.’ Floor probeert haar lachen in te houden. Mama geeft haar een stiekeme knipoog en slaat haar armen om Felix heen. ‘Ga maar snel onder de douche’, zegt ze.