Tip van de Vakman: in bad of onder de douche?

Om te beginnen is het natuurlijk een kwestie van persoonlijke voorkeur. De één wil zo snel mogelijk fris aan de dag beginnen en springt na twee minuten al weer onder de douche vandaan. De ander laat zich in het ligbad zakken en wil het komende uur niet gestoord worden, om eens even helemaal tot rust te komen. Maar bij de keuze tussen bad en douche speelt óók energie- en waterverbruik een rol.

Oudere lezers kunnen zich nog wel herinneren dat het hele gezin één keer in de week ‘in de tobbe’ ging. En allemaal in hetzelfde water! In de loop van de jaren zijn we anders gaan denken over persoonlijke hygiëne. Inmiddels is voor veel mensen douchen of in bad gaan een dagelijkse gewoonte. Regelmatig stellen klanten mij de vraag: wat is duurzamer, in bad gaan of douchen? .

"Mijn tip: ga minder váák in bad en sta minder láng onder de douche."   Tom Jansen

In de meeste situaties verbruikt u met douchen minder water en energie dan met een vol bad. Toch vind ik dat er niks verkeerd aan is om een lekker warm bad te nemen. Als u dat heel af en toe doet, als bijzonder verwenmoment voor uzelf, zult u het op de energierekening nauwelijks terugvinden. Omdat u waarschijnlijk wel elke dag onder de douche staat, kunt u juist dáár een flinke besparing realiseren. De gemiddelde Nederlander staat zeven à acht minuten onder de douche. Als u dat kunt beperken tot vijf minuten, verbruikt u iedere dag beduidend minder energie en water. En dat tikt wél behoorlijk aan.

Bonustip: neem een waterbesparende douchekop.

Een standaard-douchekop laat per minuut 10 liter water door. Bij een waterbesparende douchekop is dat maar 7,2 liter. Van minder comfort is nauwelijks sprake en het levert u wél een waterbesparing van bijna 30% op. Heeft u een regendouche of stortdouche? Dan is het goed om te beseffen dat daarmee 20 tot 25 liter water per minuut door het doucheputje verdwijnt. Staat u zeven minuten onder zo’n superdouche, dan verbruikt u méér water dan wanneer u het bad laat vollopen!.